Alles wat je moet weten over de bodem

Over ‘de bodem’ is al zoveel geschreven dat we de belangrijkste artikelen voor je hebben samengevat en op een rijtje hebben gezet. Het herstellen van de bodem is immers een van de belangrijkste speerpunten van Land van Ons.
 
Inhoud:

Wat is bodemleven?
De bespreking van het boekje Uit de shit van Thomas Oudman vat samen waarom het bodemleven centraal staat in de natuur en in de landbouw. Landbouw is een manier om ecosystemen te verleiden om ons voedsel te produceren. Boeren maken geen bloemkolen, maar zetten de natuur aan om dit te doen. Gewassen groeien door voedingsstoffen die ze kunnen opnemen dankzij leven in de bodem. Het zeer talrijke bodemleven – één theelepel grond bevat meer organismen dan er mensen op aarde zijn – zorgt ervoor dat dode organische stof van planten en dieren uit elkaar wordt gerafeld en in stadia tot minuscule, voor plantenwortels hapklare brokjes wordt afgebroken.

Dat gebeurt in een ecologisch systeem met een voedselketen waarin duizenden soorten organismen elkaar tot voedsel dienen. Aan de top ervan staat de mijt als een ondergrondse Koning Leeuw; aan de basis leven miljarden bacteriën en schimmels in vele soorten. Behalve voor plantenvoeding zorgt dit ecosysteem voor zijn eigen levensvoorwaarden, waaronder zaken als zuurgraad, mineralenbalans en de structuur van de grond.

‘Zo is het belangrijk om te weten,’ staat in de bespreking, ‘dat schimmels en planten voedingsstoffen uitwisselen waar ze zelf niet aan kunnen komen, waaronder stikstof die schimmels aanleveren in ruil voor suikers die de planten zelf maken door middel van fotosynthese (d.m.v. licht organische stoffen opbouwen uit niet-organische). Bacteriën (die onder andere in wormendarmen leven) en schimmels vormen als het ware het externe deel van het verteringssysteem van planten.’

Ook krijgt de grond structuur dankzij schimmeldraden (kilometers in één klontje aarde): ‘Ze omhullen dode stukjes plantenmateriaal met hun draden als een soort pakketjes […], de plakkerige klonten waarin vruchtbare aarde uiteenvalt als je er met je handen een hap uitneemt,’ aldus Oudman.

Het bodemleven onder de microscoop

Bodemdiertjes
Toegegeven, dit is veel informatie ineens, maar het voordeel is dat we aan deze kern van ons onderwerp alle aspecten kunnen koppelen die op onze website behandeld worden. Bijvoorbeeld over de rol van wormen die in het stuk De koning van de bodem de koning worden genoemd wegens hun cruciale rol in de bodemvruchtbaarheid: ‘Ze nemen grond in, breken organisch materiaal af en poepen voedingsstoffen uit. Hun gangenstelsels laten lucht toe in de bodem, houden regenwater vast en bieden schuilplekken aan insecten. Plantenwortels kunnen zich daardoor beter vertakken.’ In De essentiële rol van regenwormen zijn het intelligente dieren die in groten getale aanwezig zijn, met heel veel soorten op verschillende diepten en met uiteenlopend gedrag. Ook mieren eten en worden gegeten en hebben soortgelijke functies, waaronder leefruimte maken voor andere bodemorganismen; per hectare verplaatsen ze wel dertien ton aarde per jaar.

Lang leve de bodem is het verslag van een webinar (te vinden op MijnGrond), gegeven door Matty Berg, hoogleraar Bodemfauna en Natuurlijke Ecosysteem Dynamiek aan de Vrije Universiteit Amsterdam en als vrijwilliger werkzaam als voorzitter van het Team Biodiversiteit en Beheer van Land van Ons. Hij geeft een overzicht met filmpjes en foto’s van bodemdieren, zoals de springstaart, de mestkever, de mosmijt, de mijnspin, de pissebed, de miljoenpoot, de mol, de wortelluis, de franjestaart en de bastaardschorpioen. Het lijken er heel wat, maar hun aantal valt in het niet bij het totaal aantal soorten bodemdieren, naar schatting niet minder dan 6.600, die 28% van alle diersoorten in Nederland uitmaken. Geteld als individuen leeft zelfs 95% van al onze dieren in de bodem.

Schimmels
Een aantal artikelen neemt schimmels als uitgangspunt voor het bodemleven. In Ons bodemvoedselweb herstellen volgens de Elaine Ingham-methode lezen we ‘Een compleet bodemvoedselweb creëert alle elementen voor een gezonde en productieve bodem zoals vruchtbaarheid, goede structuur, infiltratiecapaciteit, waterberging, koolstofopslag, onderdrukking van ziektes en plagen’. Onderzoek naar verbeteren bodemkwaliteit zegt het zo: ‘in een gezonde bodem krijgen planten alle stoffen die zij nodig hebben door een symbiotisch samenspel met bacteriën, schimmels, protozoa of eencellige organismen, aaltjes en geleedpotigen: het zogenaamde ‘bodemvoedselweb.’

Met andere woorden, het bodemvoedselweb omvat niet alleen schimmels, maar al het leven in een gezonde bodem en alle processen die hiervóór werden aangestipt.

Het belang van bodemschimmels vertelt dat schimmels al miljarden jaren bestaan en een apart rijk vormen naast planten en dieren. Het grootste levende organisme op aarde is een schimmel onder een oud bos in Noord-Amerika dat ongeveer 890 hectaren beslaat.

Schimmels, officieel fungi geheten, zijn een onderwerp waarover nog veel onbekend is, terwijl het zo belangrijk en fascinerend is. Uit Schimmels blijkt bijvoorbeeld dat bomen al miljoenen jaren geleden een bondgenootschap met schimmels zijn aangegaan. Zoals eerder aangegeven is het doel om anorganische voedingsstoffen, zoals mineralen te ‘ruilen’ tegen suikers (organische voedingsstoffen) die schimmels niet zelf kunnen maken. Maar ze doen veel meer; ze vormen ook communicatienetwerken en ondernemen als het moet actie. Zo filteren schimmels stoffen die voor planten gevaarlijk zijn en verdedigen ze hen tegen aanvallen van bacteriën en gevaarlijke concurrenten.

Ook een schimmel: de geschubde inktzwam

Bedreigingen van het bodemleven
In de eerder aangehaalde bespreking voorspelt de auteur van Uit de shit een ecologische catastrofe als de ontwikkeling van de landbouw op de ingeslagen weg voortgaat. De huidige ‘industriële en fabrieksmatige landbouw’ heeft tot een overmaat aan stikstof in de bodem geleid, daarin terechtgekomen door stikstofkunstmest en stikstofrijk krachtvoer voor onze miljoenen stuks vee. Daardoor is de ruil van stikstof voor suikers tussen planten en schimmels gestopt. Schimmelsoorten die niet ruilen maar stelen komen daarvoor in de plaats, veroorzaken plantenziekten en worden bestreden met fungiciden (giffen tegen schimmels) die ook de goede schimmels doden. Antibiotica die in de fabrieksmatige veehouderij in hoge doses aan vee worden gegeven, dragen daar via de mest en urine die in de bodem terechtkomen het nodige aan bij.

Door mestinjecties in de bodem verdwijnt bovendien het soort wormen dat organische stof naar beneden trekt, net als hun gangenstelsels, enzovoort: geen sponsachtige structuur meer die water vasthoudt en wel verzuring van de grond waardoor van kalk afhankelijke planten verdwijnen. Het gaat dus om een zeer serieuze bedreiging van het voortbestaan van hele ecosystemen, inclusief insecten, vogels en andere dieren die te maken krijgen met de gevolgen van een verstoorde mineralenbalans. Ecosystemen die er, volgens Oudman, in veel gevallen duizenden jaren over hebben gedaan om zich te ontwikkelen.

Vogels zijn geen deel van het bodemleven, maar maken, samen met bodemorganismen wel deel uit van het grotere bedreigde ecosysteem waarin alles met alles samenhangt. Neem insecten die tal van diensten verlenen aan planten en indirect dus aan de bodem. Het verdwijnen van insectensoorten laat zien dat de laatste drie decennia driekwart van het aantal insectensoorten is uitgestorven. Voornaamste oorzaak: planten worden met pesticiden gecoat, maar slechts 5% van het gif wordt door de plant opgenomen, nagenoeg de hele rest (94%) gaat de bodem en het grondwater in. Het is algemeen bekend dat, zoals het artikel heet, de waterkwaliteit in Nederland alarmerend slecht is, zelfs de slechtste van Europa. De bijdrage van pesticiden daaraan is bijzonder hoog. Glyfosaat werkt volgens toxicoloog Violette Geissen (zie haar webinar via MijnGrond), als een antibioticum en doodt dan ook nuttige schimmels en bacteriën. Over het gevaar van het pesticide bentazon werd veertig jaar geleden al alarm geslagen, maar ook dat blijft onverminderd populair. Het moge duidelijk zijn dat verontreinigd oppervlaktewater hand in hand gaat met verontreinigd grondwater en een bedreiging is voor het bodemleven.

Verbetering van het bodemleven
Het is overduidelijk dat het opkopen en herstellen van gangbaar geëxploiteerde landbouwgrond inhoudt dat de bodem wordt verbeterd, ook al formuleert Land van Ons haar doelstelling breder als ‘het bevorderen van de biodiversiteit en herstel van het landschap’. De burgercoöperatie maakt daarmee deel uit van een bredere beweging die gangbare landbouw door biologische landbouw in al haar varianten wil vervangen. De toegepaste maatregelen zijn in hoofdlijnen identiek, maar laten we ons gemakshalve tot die van Land van Ons beperken.

De grootste klappen worden gemaakt door dreigingen weg te nemen: geen kunstmest, geen mestinjecties, geen chemische bestrijdingsmiddelen, niet diep ploegen.

Maar dan begint het pas, want hoe wekken we een vrijwel dode en veelal vervuilde bodem weer tot leven? Voordat we een aantal maatregelen noemen, moet een cruciale voorwaarde worden genoemd. Omdat het tussen twee en tien jaar duurt voordat de bodem enigszins is hersteld en in de tussentijd de verdiensten meestal veel lager zijn, is de transitie voor veel boeren economisch niet te doen. Het is een lagere pacht, gefinancierd door alle deelnemers van Land van Ons, die de biologische boer en pachter hiertoe in staat stelt. (Zie Hoe financieren wij de landbouwtransitie?)

De eerste twee artikelen die onder het kopje ‘schimmels’ werden geciteerd bepleiten de meest directe aanpak van het bodemleven, namelijk door de juiste balans in de verhoudingen tussen schimmels, bacteriën en ander bodemleven te bewerkstelligen. Dat komt neer op de ontwikkeling van compost die is aangepast aan de specifieke behoeften van een bepaalde bodem. De eerder genoemde geringe kennis van schimmels lijkt voor compost nog geringer. Stichting De Goede Aarde is in dat gat gesprongen en heeft onderzoek gedaan op perceel de Holtesch naar de werkzaamheid van verschillende compostvarianten. Com-Post 2 geeft het onderzoeksschema. Zie ook het eindrapport Holtesch Experiment.

Bodemonderzoek door Ties Temmink en Jonathan Loogman van Stichting in Goede Aarde

Gezien de oeroude band tussen schimmels en bomen, is het aardig om herstel van de bodem met hulp van bomen te noemen. Onder bossen bevindt zich doorgaans een mooi bodemvoedselweb dat door kan werken naar aanliggende akkers, zoals in het geval van de Noordelijke Friese Wouden en perceel Zwagermieden, vermeld in Wilde bomen en struiken in het boerenland. Een soortgelijk fenomeen zal zich in perceel Aagtekerke gaan voordoen, waar op een naastgelegen perceel een voedselbos wordt opgezet. Bomen worden ook speciaal geplant aan de rand van akkers, onder meer omdat ze ver onder de akkers doorwortelen en zo aan het herstel van schimmels en ander bodemleven bijdragen. In Impressie Open Perceeldag 2023 Biesterhof  is ook sprake van het planten van een zogenaamd pop-up bos.

Meestal worden bomen in een adem genoemd met heggen en struiken, zoals in Plantdagen 2023. De biodiversiteit wordt daarbij vaak voorop gesteld. Die wordt door huisvesting van insecten, vogels, kleine zoogdieren en specifieke flora wel degelijk bevorderd, maar zeker niet alleen bovengronds.

Heggen, struiken, aarden wallen, kronkelsloten, akkerranden en ruigtes worden tezamen ‘landschapselementen’ genoemd. In Landschapselementen, wat voegen ze toe? wemelt het van de biodiversiteit die indirect aan het bodemleven bijdraagt. Een directe bijdrage leveren ze doordat de bodem niet wordt bewerkt en het bodemleven, waaronder wormen, niet wordt gestoord.

Hiervoor lazen we dat giftige en andere bedreigende stoffen o.a. door water in de grond gebracht worden. Met schimmels ín de bodem en waterpartijen kan je dat herstellen. Er is vaak nog wel enig schimmelnetwerk in de landbouwgrond aanwezig, vooral aan de randen, als daar niet te ver is doorgeploegd. Daarop aansluiten met eenjarige gewassen die je dan inent met slimme schimmels, dan maak je alweer een begin met het verrijken van de bodem. Elke stap levert wat op.

Verbeteren van de bodem is het toverwoord voor vergroten van biodiversiteit, zo wordt gezegd in Winterbescherming op de Onneresch. Vanaf de aankoop in 2021 heeft men zich zeer doelbewust en deskundig toegelegd op bodemverbetering. Ook daarin speelt water een belangrijke rol; men creëerde daar een plas in een historische laagte ‘waar bodemdiertjes zich zelfs in de winter in een paradijs wanen, in de slikranden die aan de rand van de plas zijn ontstaan.’ En: ‘Op het mozaïek aan akkers dat sinds 2021 is aangelegd, is de grond al losser dan in de periode van het raaigras, dankzij de goede doorworteling van gewassen als boekweit, huttentut, triticale en quinoa.’

Daarmee komen we op de betekenis van bepaalde gewassen voor het bodemleven. Uit Wat doen de gewassen? blijkt dat de gewaskeuze sterk in dienst staat van het bodemleven. De tien gewassen die op de meeste Land van Ons-percelen worden verbouwd zijn allemaal zogenoemde rustgewassen die de bodem op krachten laten komen en tekorten aanvullen omdat ze lichtere bodembewerking nodig hebben en bovengronds worden geoogst. Oogstresten voegen, ondergewerkt, organische stof aan de bodem toe: voedsel voor het bodemleven. Van die tien gewassen, luzerne, lupine, bonen, huttentut, boekweit, spelt, baktarwe, rogge, gerst en haver zijn de eerste drie zogenoemde vlinderbloemigen. Zij worden geteeld in Kruiningen, Noord-Beemster, op de Onneresch en in Empe en verhogen de vruchtbaarheid door toevoeging van onder andere stikstof, dat bij uitstek door vlinderbloemigen uit de atmosfeer wordt opgenomen en opgeslagen in de wortelknolletjes. Diezelfde vlinderbloemigen hebben ook een goede symbiose met diverse bacteriën. De vierde in het rijtje van tien, namelijk huttentut, geteeld in Udenhout en op de Holtesch en Onneresch, heeft een fijnmazig wortelstelsel dat fosfaat vrij kan maken dankzij interactie met schimmels. Huttentut werd met drie andere gewassen hierboven al geprezen om zijn vermogen met diepe doorworteling de grond losser te maken op de Onneresch.

Wetenschap
Het zal de minder ingewijde lezer wel duizelen van de termen en mechanismen die in dit stuk nauwelijks afdoende kunnen worden uitgelegd. Dat komt doordat er veel wetenschap schuil gaat achter het vaststellen van de landbouweuvels en het vinden van oplossingen daarvoor. Eerder (onder ‘bodembeestjes’) kwam Matty Berg al even aan het woord. Hij is voorzitter van het geheel vrijwillige Team Biodiversiteit en Beheer van Land van Ons.  Dit bestaat uit tien wetenschappers, overwegend landbouwkundigen en ecologen. In Land van Ons en biodiversiteit vertelt Berg hoe dit team betrokken is bij het opstellen van teeltplannen en de monitoring van de voortgang op de percelen. Dat doet het in samenwerking met de boeren en de plaatselijke, eveneens vrijwillige perceelteams die overigens zelf ook vaak een hoog wetenschappelijk gehalte hebben.

Wormenmonitoring op de Biesterhof

Stichting In Goede Aarde was onder andere met bodemanalyses en onderzoek betrokken bij de Onneresch en de Holtesch.

Bovendien is er zeer nauwe samenwerking van perceel Oud Ade met Naturalis en de Universiteit Leiden. Het onderzoek daar zoekt oplossingen voor de problemen waar alle veenweidegebieden in Europa mee zitten: de bodemdaling waarbij het veen oxideert en veel CO2 uitstoot. Als je die daling wil voorkomen met een hoger waterpeil, wat is er op die natte grond dan nog mogelijk? (Zie Rust en natuur op proeftuin Oud Ade – open dag 22 september) Er zijn veel studenten aan het werk; een aantal heeft grote interesse in de bodem: 200 bodemmonsters.

Tekst: Flip Schrameijer
Research: Anne Michiels van Kessenich, Willem Jaegers en Flip Schrameijer

Deel de post:
Facebook
LinkedIn
X
Pinterest
WhatsApp
Threads

Gerelateerde berichten