Op al die prachtige percelen van Land van Ons wordt van alles geteeld. Sommige van die gewassen eindigen in pasta, koekjes of bier, die via de webshop worden verkocht. Bas van Goor vertelt er meer over.
Bas van Goor geeft leiding aan het team Oogst van Ons. Dat team is verantwoordelijk voor de verkoop van de producten die Land van Ons (LvO) maakt. De teamleden runnen niet alleen de webshop, maar kijken ook welke producten ze kunnen maken van de gewassen die de LvO-boeren verbouwen.
Dat maken en verkopen van producten was trouwens nooit de opzet van LvO. Bas: ‘Het is per ongeluk zo gegroeid. Op een bepaald moment zaten we door een wel zeer voorspoedige oogst met een overschot aan boekweit. Om daarvan af te komen, zijn we er producten als koekjes en pasta van gaan maken. Die bleken veel mensen erg lekker te vinden, dus toen zijn we verder gaan experimenteren.’
De LvO-producten laten concreet zien wat er van de akkers afkomt, volgens Bas. ‘Grond kopen is niet heel tastbaar, producten zijn dat wel. Ze zijn bedoeld om onze zichtbaarheid te vergroten en ons verhaal te vertellen. We willen aantonen dat je ook mooie producten kunt maken met lokale ingrediënten. Overigens blijkt de helft van onze webshop-klanten nog geen lid van LvO te zijn, dus daar valt nog veel te winnen. Daarom hebben we recent ook onze etiketten veranderd. Er staan nu een QR-code op die je naar onze website brengt en we hebben het verhaal van LvO kort op verpakking gezet.’
Zijn alle producten van LvO-gewassen gemaakt?
‘Liefst maken we dingen die 100% LvO zijn. Zo komt het pannenkoekmeel van tarwe, spelt, boekweit en haver steeds van gewassen die we zelf verbouwen. Maar voor de koekjes hebben we boter en suiker nodig, en daarvoor kunnen we niet bij onze boeren terecht. We zorgen er wel voor dat alle ingrediënten biologisch zijn en van Nederlandse herkomst, zoals de hazel- en walnoten voor onze mueslikoeken. We stimuleren ‘onze’ boeren om voor ons te telen. Een aantal van hen is bezig met agroforestry-projecten: behalve landbouwgewassen zetten ze ook notenbomen op een perceel. De wetenschap dat LvO deze noten prima kan gebruiken, is natuurlijk een steuntje in de rug voor ze.’
Wat doen de boeren met oogsten die jullie niet verwerken?
‘LvO-boeren telen in principe voor eigen rekening, als ze zich maar aan het pachtcontract houden. We spreken af of we een deel van de oogst zullen afnemen of niet. Een aantal boeren heeft eigen afnemers of een eigen boerderijwinkel. Sommigen hebben een gemengd bedrijf en gebruiken de gewassen die ze telen, bijvoorbeeld grasklaver en luzerne, als voer voor hun koeien.’
Verkopen jullie alleen via de webshop?
‘Zeker niet. We willen met onze producten vooral nieuwe leden bereiken. Daarom verkopen we ook via Boeren & Buren, een landelijk initiatief waarbij lokale boeren hun producten aanbieden in een zogenaamde “Buurderij”. Dat is een afgiftepunt in een dorp of stad waar mensen eens per week producten uit hun regio kunnen kopen.
Ook staan we op allerlei streekmarkten. Dat heeft als voordeel dat je direct contact met bezoekers hebt en we ook ons verhaal kunnen vertellen. We hebben liever dat iemand lid wordt en grond koopt dan dat-ie een zakje boekweit koopt. Hoewel het laatste ook kan leiden tot het eerste.
Verder staat er in een Plus-supermarkt in Eerbeek een display met daarin onze folders en een selectie van onze producten. Zo worden die Plus-klanten regelmatig met ons geconfronteerd. Het schijnt dat de gemiddelde consument iets 7 keer moet zien of horen voordat-ie in actie komt.
In de toekomst willen we onze producten ook in grotere boerderijwinkels en landwinkels verkopen, omdat de mensen die daar komen al affiniteit hebben met duurzame landbouw.’
Dat geldt ook voor mensen die bij biowinkels kopen.
‘Dat klopt. En wij produceren ook biologisch, maar we zijn niet Skal-gecertificeerd, een eis die veel biowinkels wel stellen. Zo’n certificering kost veel tijd en geld, en de eisen zijn heel streng. Dat is niet de moeite waard bij volumes als de onze. Bovendien zijn we geen voedselproducent en dat willen we ook niet worden. Alles wordt door vrijwilligers in hun eigen tijd gedaan, ook het bevoorraden van winkels.’
Terug naar de webshop. Wat zijn daar hardlopers? Ik zag dat de zeep en de cider zijn uitverkocht.
‘Dat zijn inderdaad populaire producten. Net als bier. We werken samen met de Gooische Bierbrouwer. Ze maken verschillende bieren voor ons, bijvoorbeeld van boekweit of spelt. Ook de havermout verkoopt goed, het lijkt wel of werkelijk iedereen dat tegenwoordig eet, haha. Verder doen de koekjes het goed.’
Op de zeep staat ‘versie 1.0’. Komt er ook een versie 2.0?
‘Ja. We streven naar een zeep met louter Nederlandse ingrediënten, zoals koolzaad, huttentut en lijnzaad, maar dat is een hele zoektocht. In de eerste versie zit bijvoorbeeld nog olijfolie. We hebben nu wel iemand gevonden die etherische oliën kan maken van de lavendel en rozemarijn die op het perceel in Wassenaar worden gekweekt.’
Lavendel en rozemarijn zijn niet inheems, terwijl inheemse planten wel het beste zijn voor de biodiversiteit.
‘Dat is waar, maar er zijn meer dingen waarmee we rekening moeten houden. Op het perceel in Wassenaar – een voormalige bollenkwekerij – lag bijvoorbeeld veel worteldoek, waardoor de grond eronder heel arm en droog was. Erwin, de pachter, is heel blij met lavendel en rozemarijn, want dat doet het goed op die grond. Het zijn ook planten die goed in een opwarmend klimaat gedijen. Over klimaatverandering gesproken: we zijn ook aan het experimenten met rijstteelt in Oud Ade. Dat is een natte teelt die goed past in een veenweidegebied waar sprake is van bodemdaling. LvO probeert inheems en niet-inheems af te wisselen. Zo gaan we ook kamille kweken – wel inheems – en daar kun je ook etherische olie van maken.’
Ik was benieuwd naar de smaak van de huttentut-olie, maar die is al een poosje niet meer leverbaar.
‘Afgelopen jaar is de huttentut-oogst mislukt door een kletsnat voorjaar en een kurkdroge zomer. Dat had als gevolg dat onkruid, zoals melde, heeft gewas heeft overwoekerd. In april gaan we weer inzaaien, zodat we hopelijk in augustus, september kunnen oogsten. Voordat we er dan olie van hebben gemaakt, zitten we al in december. Dan zal het weer in de webshop te krijgen zijn. Dat zijn dus de nadelen van lokaal en biologisch produceren. Nu zijn we natuurlijk geen supermarkt die altijd alles in de schappen hoeft te hebben, maar we proberen wel meer te diversifiëren, om het risico te spreiden.’
Wat is er eigenlijk bijzonder aan huttentut?
‘Huttentut is één van de oudste cultuurgewassen in Nederland. Maar wat voor ons het belangrijkst is, is dat het een langbloeiend gewas is, dat veel insecten aantrekt. Daarmee is het dus goed voor de biodiversiteit. De olie die wij van de zaden maken is koudgeperst en niet geraffineerd. Puurder kun je het niet hebben, alle gezonde Omega 3-vetzuren en antioxidanten zitten er nog in. We doen ook maar één persing, extra vergine dus. De pulp die na het persen overblijft, is rijk aan oliën en eiwitten en gaat naar de koeien. Ditzelfde geldt trouwens ook voor onze koolzaadolie.’
Wordt er in deze korte keten minder dan gewoonlijk verspild?
‘Zeer zeker. Behalve dat onze keten al korter is, nemen we bij elke fase in het proces maatregelen en zijn we voortdurend op zoek naar kansen om nog minder te verspillen. Om te beginnen vervoeren we onze granen, boekweit enzovoort in big bags en zakken van 25 kg, we hoeven niets te storten waarbij altijd wat verloren gaat. We hebben dus nauwkeuriger vormen van transport. We recyclen heel veel: van overgebleven pannenkoekenmeel maken we pasta, oude kruidnoten gaan bij de bakker terug in het nieuwe deeg. Producten die naar een kritische datum gaan, worden op tijd met korting verkocht. Dat geldt ook voor onze koekjes of crackers als zij heel af en toe breken. Producten waar de verpakking van scheurt – ook heel zeldzaam – gaan naar de kinderboerderij. Breekbare producten in glas verpakken we niet in plastic ofzo, maar in boekweitgruis. We blijven ook door zoeken naar andere opvulmaterialen. We streven ernaar dat niets stuk gaat op transport en dat we nooit iets hoeven weggooien en komen daar steeds dichter bij.’
Zijn er plannen voor nieuwe producten?
‘We zijn aan het kijken of we een luchtige cracker op basis van boekweit kunnen produceren, maar de uitdaging is om de juiste producent te vinden die de relatief kleine hoeveelheden die wij leveren, wil verwerken. Ook gaan we boekweitmiso maken, die op traditionele wijze in eikenhouten vaten wordt gefermenteerd. Dat wordt door een Japanse specialist gedaan. Verder gaan we pasta van sorghum maken, dat op ons perceel in Millingen wordt geteeld. Op ons wensenlijstje staat ook nog een vegan haverkoekje, maar dat blijkt lastig te zijn volgens onze bakker. We willen namelijk geen kokos- of palmolie gebruiken.’
Tekst: Anne Havelaar