Wat te doen met agro-industrie of landbouwakkoord
‘Maar ik schuw harde instrumenten niet als afrekenbare afspraken niet worden nagekomen. Eerst de wortel, maar de stok staat klaar.’
Deze ferme woorden sprak minister Piet Adema van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) half november in het debat met de Tweede Kamer n.a.v. het Rapport Remkes met het oog op het door Remkes voorgestelde Landbouwakkoord.
Hij doelde daarbij op de ‘heel grote opgave’ die hij ook met ketenpartijen aan zowel de aanvoer- als de afnamekant heeft afgesproken. Dat zijn de toeleveranciers van veevoer, kunstmest, agrochemicaliën en afnemers als de zuivel- en vleesindustrie maar ook de supermarkten. Die ‘ketenpartijen’ of wel de agro-industrie en -banken zijn één van de belangrijke onderwerpen waarmee de organisaties van het Groenboerenplan te maken hebben, omdat ze de belangrijkste tegenkracht zijn achter het boerenprotest en tegen de noodzakelijke transitie naar een natuurinclusieve en gezonde landbouw.
Dat varieert van gesloten bedrijven als de grootste kalvermester van Europa, de VanDrie Groep (7e Quote 500) of veevoedergigant De Heus (5e Quote 500) tot grote bedrijven die lijken te (willen) bewegen als sommige supermarkten als Lidl of afnemers als FrieslandCampina of de Rabobank.
Het voert hier nu te ver om daar uitgebreider op in te gaan. Vandaar in de bijlage een compacte weergave van het onderzoek tot nu toe.
Land van Ons heeft twee vertegenwoordigers in het landelijke overleg met de andere groene of biologische boerenorganisaties om met het Groenboerenplan, waarover dadelijk meer, een kanteling van de Nederlandse landbouw te bewerkstelligen. Dat zijn Wouter van Zandbrink, oud Eerste-Kamerlid voor de PvdA en gedeputeerde en lid van de Provinciale Staten van Zeeland, en ondergetekende, Ted van Hees. Wouter houdt zich met zijn ervaring en contacten met politiek en ambtenarij in Den Haag vooraleerst bezig met de ‘groene’ beïnvloeding van het landbouwbeleid van Rutte IV en nu dus vooral met dat van de ministers Piet Adema (LNV) en Christianne van der Wal (Natuur en Stikstof – NenS). Ondergetekende houdt bezig met onderzoek naar en de ontwikkeling van een strategie richting agro-industrie en -banken.
Initiatiefnemers Biohuis, Caring Farmers, Federatie van Agro-ecologische Boeren (BD-Vereniging, Bio-Tuinders Vereniging, Bio-Vegan Netwerk, CSA Netwerk Nederland, Vereniging Toekomstboeren) en Herenboeren Nederland overhandigden het Groenboerenplan (GBP), dat richting geeft aan de transitie van de landbouw in Nederland in tien punten, op 6 juli 2022 aan toenmalig LNV-minister Henk Staghouwer en NenS-minister van der Wal.
Groenboerenplan – Toekomstperspectief voor boeren
Land van Ons behoorde met Bionext, Land & Co, Louis Bolk Instituut, Stichting Aardpeer, Stichting BD-Grondbeheer, Stichting Demeter, Stichting Lenteland, Stichting Warmonderhof, Transitiecoalitie Voedsel en Triodos Bank op 6 juli tot de ‘ondersteuners van het eerste uur’. Later in juli kwamen we met de meeste van deze organisaties voor het eerst onder de vlag van het Groenboerenplan (GBP) bijeen om onze samenwerking voor de realisering van dat GBP te bespreken.
Op vrijdag 16 december was de laatste van een reeks bijeenkomsten van dit jaar met als belangrijkste onderwerpen de lobby naar de landelijke en provinciale politiek met een serie moties en gesprekken met de ministers, tweedekamerleden en ambtenaren, de ontwikkeling van een gezamenlijke campagne gericht op boeren en het bredere publiek, de strategie naar de agro-industrie en -banken en de lancering op zaterdag 4 februari van een campagne naar de Provinciale-Staten-verkiezingen op 15 maart 2023 met een grote conferentie in Utrecht.
Enkele andere onderwerpen die de afgelopen tijd ter sprake kwamen waren het voorstel van Land van Ons en BD Grondbeheer voor de ‘Sprong voorwaarts van de groene landbouw’, gepresenteerd door Franke Remerie.
Dat ambitieuze verhaal werd uitstekend ontvangen, evenals een plan van Gert van de Veer van Herenboeren om met zoveel mogelijk boeren te gaan praten en de komende jaren (vóór 2030) zelfs alle 50.000 boeren in Nederland aan hun keukentafel te ontmoeten.
Er zijn eigenlijk twee belangrijke processen die van cruciaal belang kunnen zijn voor de inrichting van het Nederlandse landbouwbeleid tot, in eerste instantie, 2030, maar daarna tot 2040, de voorlopige horizon van minister Adema’s landbouwakkoord.
De vraag is overigens hoe het beleid van de twee ministers op Landbouw daarin samenkomen, want ze lijken zo nu en dan met hun eigen processen bezig, Van der Wal met stikstof en uitkoop enz., dus vooral op korte termijn, en Adema met de toekomst van de landbouw op langere termijn.
Met het oog op dat akkoord heeft de minister met als procesbegeleider Wouter de Jong landbouw- en ook natuurorganisaties uitgenodigd voor een aantal tafels. Allereerst een Hoofdtafel met LTO, NAJK, Agraction, terwijl Farmers Defence Force (FDF) deelname afhoudt, en ook vertegenwoordigers van de Provincies, de Landschappen, Natuurorganisaties en namens het GBP ook Douwe Monsma van Biohuis; de ‘sectorbonden’ zoals die van de Nederlands Melkveehouders Vakbond met interim-voorzitter Henk Bleker zijn daar niet bij.
Er zijn daarnaast een Brede Tafel met meer deelnemers van het GBP, een Reflectietafel en een aantal sectortafels, die op hun eigen terrein inhoudelijke voorstellen voorbereiden. Ook daarin zullen groene boerenorganisaties proberen hun zegje te doen. Met het GBP proberen we de vinger aan de pols te houden over de voortgang van alk dat overleg.
Verder zijn de gebiedsprocessen belangrijk die in elke provincie al langer gaande zijn. Daarbinnen zijn zowel op proces als inhoud ook enkele van de groene landbouworganisaties actief (bv. Caring Farmers, Transcoalitie Voedsel) en is afgesproken dat het GBP in alle provincies vertegenwoordigers kiest.
Een voor de groene landbouworganisaties niet minder belangrijk proces is ten slotte dat van het Groenboerenplan zelf. We zijn er de afgelopen maanden in geslaagd een serieuze partij te worden bij het ministerie en de politiek meer in het algemeen.
Nu is het zaak ook bij het bredere publiek veel bekender te worden, niet alleen in de nabije omgeving als producent en leverancier van goed en gezond voedsel of als mogelijk voorbeeld voor gangbare boeren hoe het ook kan, maar ook als alternatief voor de intensieve en grootschalige vervuilende landbouw.
Ted van Hees